Schenkbelasting aftrekbaar in box 3 als uiterlijk 8 weken voor het eind van het jaar aangifte is gedaan

Tijdige aangifte schenkbelasting en box 3
Met uitzondering van erfbelastingschulden zijn belastingschulden geen schulden in box 3 (artikel 5.3, derde lid, onderdelen c en d, van de Wet IB 2001). De belastingplichtige kan de eventuele nadelige gevolgen van deze regel voor schenkbelastingschulden voorkomen door gelijk na de schenking aangifte schenkbelasting te doen en de daaropvolgende (voorlopige) aanslag voor de peildatum van box 3 te betalen.

De Belastingdienst heeft minimaal acht weken nodig om een aangifte schenkbelasting te behandelen. Het kan echter voorkomen dat een aangifte schenkbelasting ondanks dat die uiterlijk acht weken voor het eind van het kalenderjaar van schenking is ingediend, op een zodanig laat tijdstip wordt gevolgd door een (voorlopige) aanslag schenkbelasting dat de belastingplichtige daardoor redelijkerwijs niet in staat is om nog voor de peildatum van box 3 de verschuldigde schenkbelasting te betalen. Omdat de verschuldigde schenkbelasting op de peildatum nog tot de bezittingen in box 3 behoort, kan dit ertoe leiden dat belastingplichtigen inkomstenbelasting hierover moeten betalen.

De staatsecretaris van Financiën vindt het ongewenst dat vertragingen in de aanslagregeling schenkbelasting tot gevolg kunnen hebben dat belastingplichtigen meer inkomstenbelasting verschuldigd zijn en keurt het volgende goed: Het bedrag van de niet tijdig opgelegde (voorlopige) aanslag schenkbelasting behoort op de peildatum niet tot de waarde van de banktegoeden in box 3.